Verdoving wordt op verzoek altijd gegeven.

In de meeste gevallen schatten we samen van te voren in of het nodig is om tegen eventuele pijn te verdoven. Voordat u de afspraak voor de behandeling maakt, vragen wij u altijd of u bij de behandeling een verdoving wilt. Zo kunnen we van tevoren extra tijd inplannen voor de inwerktijd.

Bij deze behandelingen geven we altijd verdoving:

  1. trekken van tanden en kiezen
  2. wortelkanaalbehandelingen
  3. prepareren van tanden en/of kiezen voor een kroon of een brug

Verdoven

Er is een verschil tussen het verdoven van een onderkaak en een bovenkaak. In de bovenkaak wordt iedere tand of kies afzonderlijk verdoofd en voelt de verdoving “kleiner”. In de onderkaak verdoven we over het algemeen de helft van de kaak. Als de helft van de onderlip verdoofd is, weet u dat de verdoving ingewerkt is.

Van de verdovingsvloeistof die wij gebruiken, krijgt u geen bijwerkingen. Dit komt doordat de verdoving bijna geen adrenaline bevat.

Stopknop

Bij iedere behandeling, met verdoving of zonder verdoving, kunt u tussentijds de behandeling stoppen met onze stopknop.

Ga terug naar behandelingen